Papoutsi-schoenen

Papoutsi schoenen | Review van Bart

We verwarmen onze voeten aan het likkend kampvuur. Het water van de hevige najaarsregen plenst langs het tentzeil naar beneden, de rook van het vuur blijft hangen en vormt een mistgrijze waas die zich met onze ademwolkjes vermengt. “Mijn voeten waren toch al doorweekt.”, zegt één iemand. “De mijne ook, die ijzertijdschoenen zijn vreselijk.”, zegt een ander.

“Daarom loop ik liever op blote voeten.”, vul ik aan, terwijl ik dieper in mijn wollen mantel kruip. Onder een kletterende stilte kijkt ieder in het gezelschap naar zijn of haar voeten. De open lederen schoentjesen de wollen sokken beginnen onder de warmte van het vuur te dampen. Mijn blote voeten zijn reeds droog en lekker warm.

‘IJzertijdschoenen’

De “ijzertijdschoenen” waarvan sprake zijn een soort open mocassins, waarvan het basismodel al sinds het Neolithicum bestaat. Die vroegste landbouwers droegen schoenen die qua vorm weinig verschillen van schoenen die nu onder het merk Papoutsi worden verkocht. Binnenshuis en in droge omstandigheden zijn dit heerlijke schoenen om te dragen: het is een soort veredeld blote voeten-lopen dat je beschermt tegen scherpe doorns en keitjes.

Maar dat soort schoentjes, dat door onze voorouderswerd gedragen, is helemaal niet zo handig wanneer je door nat gras moet lopen, of zelfs maar gewoon op een bodem die wat vochtig is. Die schoentjes trekken vocht aan en al gauw zijn je voeten nat en koud.

Mijn mede-deelnemers aan het levende geschiedenisfestival beschouwen de natte en koude schoenen als een noodzakelijk kwaad; het moet toch een béétje historisch verantwoord zijn, nietwaar.

ijzertijdschoenen

Geen schoenen of Papoutsi?

Maar is het dan niet méér historisch verantwoord om helemaal géén schoenen te dragen? Ik vind het vaak beter om op blote voeten te lopen: als je in beweging bent en je moet niet door bramen of bolsters lopen, dan is het makkelijker zonder schoenen dan mèt. Als je anderzijds gewend bent om op blote voeten te lopen, maar je wil je voeten een klein beetje extra bescherming geven, dan is een laagje leder zeker welkom. Voor de warmte moet je het echter niet doen. Zo’n Papoutsi is nat en koud.

Anderzijds, de beroemde ijsmummie “Otzi” droeg een soort lederen sandalen, met het haar nog aan de buitenzijde en gevoerd met gras. Die deden het blijkbaar best goed in de sneeuw. Maar dan nog is sneeuw helemaal iets anders dan de natte veengebieden, rivierdalen en polders van de Lage Landen die onze voorouders moesten doorkruisen. Aanvaardden zij dan gewoon dat hun voeten nat en koud waren, zoals mijn klappertandende mede-deelnemers in het levende geschiedenisfestival ? Eerst sakkeren en dan aanvaarden?

Glas op gras

Ergens anders las ik dat zo’n Papoutsi-schoenen in Nieuw-Zeeland nog gebruikt worden bij het scheren van schapen, aangezien deze schoentjes goede grip bieden op de natte plankieren van de schapenstallen.

Kan het zijn dat wij in onze poging om historisch verantwoord schoeisel te dragen eigenlijk schoeisel dragen dat niet geschikt is voor nat en koud weer? Het kan, maar ook schoenen uit de Romeinse tijd en de Vroege Middeleeuwen zijn verrassend dun en licht, zonder een echte zool, waardoor ze snel doorweekt zijn. In die zin zijn ze eigenlijk meer vergelijkbaar met Skinners dan met echte schoenen.

Skinners gebruik ikzelf ook enkel voor toepassingen in en rond het water, zoals aan zee (scherpe schelpen) of in een rivier (scherpe stenen). “Mijn voeten waren toch al doorweekt.”, echoot het. En glad. Op nat gras zijn die Papoutsi-schoenen erg glad en valpartijen tijdens levende geschiedenisfestivals zijn niet ongewoon.

Waarom droeg men vroeger ijzertijdschoentjes?

Er moet dan wel een goede reden zijn waarom men die schoenen droeg, toch? Was het omdat ze goedkoop en makkelijk waren om te maken, zoals Noord Amerikaanse mocassins? Dat zou in het geheel niet stroken met ons idee van het duurzame verleden en de mens in harmonie met de natuur, maar het kàn wel. Anderzijds: geen van mijn collega’s op zo’n levende geschiedenisfestival is gewend om op blote voeten te lopen; ze hebben dus niet geleerd om hun voeten en tenen te gebruiken, dus ook niet met mocassins, “ijzertijdschoentjes” of Papoutsi.

Ligt het dan eerder aan ons ? De moderne mens die er niet in slaagt om zich in te leven in het verleden, noch filosofisch, noch fysiek? Je zou net verwachten van mensen die met levende geschiedenis bezig zijn dat ze ook vaker op blote voeten gaan lopen ? Niet dus. Eerst sakkeren, dan aanvaarden.

Lichamelijke beleving van het verleden oproepen

In mijn geval probeer ik ook de lichamelijke beleving van het verleden op te roepen, niet in het minst door vaak op blote voeten te lopen. Het feit dat ik het een bevrijdend gevoel vind helpt natuurlijk wel. Op blote voeten in de tuin werken doet me denken aan op blote voeten het land bewerken. Op blote voeten door het bos wandelen doet me denken aan op blote voeten het vee hoeden. Ga zo maar door.

Maar ik kan zo’n Papoutsi wel op prijs stellen als ik nóg maar eens een doorn uit mijn voet peuter. Ook dát kan in het verleden deel geweest zijn van de alledaagse realiteit. En een abces of een ontstoken wonde was in het verleden natuurlijk wel een pak ernstiger dan nu! Op blote voeten lopen kon levensbedreigend zijn, zeg maar.

Bescherming

De bui gaat liggen en iedereen rond het kampvuur herneemt zijn of haar activiteiten. Een beetje wol spinnen, lepeltje snijden, … Ik kijk nog even rond en zie mijn driejarige zoon een leeftijdsgenootje achterna zitten. Mijn zoon draagt Papoutsi schoentjes, want die “ijzertijdschoentjes” komen niet in zijn maat. Papousti wel, en de moderne vetertjes nemen we er dan bij. Ze zien er toch leuk uit.

papoutsi-schoenen-kinderen

Mijn kind host over het natte gras, keert en lacht en springt en zijn Papousti zijn doorweekt. Het kan hem niet deren en ik denk: “Misschien denk ik er te veel bij na.” Want er stonden distels tussen het gras en mijn zoontje wilde niet op blote voeten lopen. Nou, daar heb je je antwoord.

Vergelijkbare berichten